Stadsambassadeurs: Boudewijn Zwart, Stadsbeiaardier

Donderdag 2 februari 2023

Door Teun de Graaf

Boudewijn Zwart is één van de vijf stadsambassadeurs van Apeldoorn. Elke maandag speelt hij vanuit zijn torentje midden in het centrum het carillon. Hij vertelt, vanachter zijn geliefde instrument over zijn werkzaamheden en de stad Apeldoorn.

 ‘’Hoe ben je in contact gekomen met de beiaard?’’

‘’Ik kom uit een hele muzikale familie. Mijn opa was bijvoorbeeld een bekend organist. Ik ben opgegroeid in Amersfoort, waar je ook de Nederlandsche beiaardschool hebt. Op die school hebben zij een carillon midden in het bos. Daarvoor is gekozen zodat leerlingen fouten kunnen maken zonder dat iemand er last van heeft. Ik ging als jochie wel eens fietsen door het bos. Als ik dan die klokjes hoorde, vond ik dat zo mooi. Ik ben toen gaan kijken bij het carillon. Een leraar daar merkte dat ik echt geïnteresseerd was. Ik mocht toen meekijken terwijl de leraar zijn les gaf. Die dag kwam ik thuis en zei ik tegen mijn moeder: ‘Mama, ik wil beiaardier worden’.’’

‘’Jij hebt toen ook op diezelfde beiaardschool je lessen gevolgd. Is de beiaard een moeilijk instrument om te bespelen?’’

‘’Op de beiaardschool krijg je lessen in zowel het spelen, als de techniek van het instrument. Het vertalen van nummers naar het carillon is vrij ingewikkeld. Als iemand aan mij vraagt of ik iets van bijvoorbeeld Lady Gaga op het instrument kan spelen, moet ik eerst het nummer kunnen vertalen naar het instrument. Lady Gaga heeft namelijk nooit iets gemaakt voor het carillon. De opleiding die ik volgde was vijf jaar. In die vijf jaar begin je het instrument echt te begrijpen.’’

‘’Wat is voor jou de kunst van het carillon?’’

‘’Het leuke eraan vind ik dat elk carillon echt verschillend is. Het Apeldoornse carillon is bijvoorbeeld heel licht. De zwaarste klok weegt zo’n achthonderd kilo. Dat lijkt heel veel, maar als ik bijvoorbeeld in Dordrecht speel is de zwaarste klok tienduizend kilo. Ook is het Apeldoornse carillon heel licht en sprankelend. Het is haast een verfijnd speeldoosje.

Je kunt als beiaardier ook meer verbinding maken met mensen, dan andere muzikanten. Als jij bijvoorbeeld van jazz muziek houdt, zul je minder snel naar een concert gaan van een ander genre. Ik als beiaard bereik iedereen die op straat loop. De ene keer kan ik een klassiek stuk spelen, maar ook kinderliedjes kunnen gespeeld worden met dit instrument. Als ik in Apeldoorn speel kijk ik uit op het Marktplein. Als ik daar kinderen zie spelen, speel ik bijvoorbeeld Op Een Grote Paddenstoel. Je maakt dus echt verbinding met de mensen.’’

‘’Wat zijn jouw dagelijkse bezigheden als beiaardier?’’

‘’Ik speel altijd op de maandagmorgen in Apeldoorn. Dat is belangrijk, aangezien het instrument vaak bespeeld moet worden. Anders gaan alle elementen van het instrument vastzitten. Het instrument lijkt in dat opzicht best veel op molens. Ook moet ik het instrument regelmatig afregelen, wat je een beetje kunt vergelijken met afstemmen. Dit afregelen is belangrijk omdat het instrument reageert op de weersomstandigheden. Met dat soort dingen ben ik op dagelijkse basis bezig.’’

‘’Hoe ben jij stadsbeiaardier van Apeldoorn geworden?’’

‘’Toen de vorige stadsbeiaardier van Apeldoorn, Henry Groen, ziek werd, heeft de gemeente Apeldoorn gevraagd of ik het over wilde nemen. Dat wilde ik heel graag doen. Ik heb als stadsbeiaardier een iets andere functie dan de andere stadsambassadeurs. Omdat het instrument zelf van de gemeente is, ben ik ook in loondienst van de gemeente. Ik speel naast het carillon in Apeldoorn, ook in andere steden. Ik ben eigenlijk een soort troubadour.’’

‘’Wat heb jij met de stad Apeldoorn?’’

‘’Ik woon zelf helaas niet in Apeldoorn, ik vind het namelijk echt een prachtige stad. Ik wandel hier wel heel vaak. Het Apeldoornse carillon is ook een van de best onderhouden instrumenten die ik bespeel en staat midden in het centrum, tussen het Raadhuisplein en het Marktplein. Op het Raadhuisplein heb je de terrasjes, en aan de andere kant heb je de markt. Hierdoor is het echt een ideale plek om muziek te maken. Als ik in de zomer speel en ik mensen op het terras zie zitten, speel ik daarop in en speel ik geen droevige muziek. Als ik mensen door de regen over de markt zie lopen, speel ik bijvoorbeeld I’m Singing in the Rain. Ook kan ik vanuit mijn toren inwoners zien lopen en via die manier contact opzoeken met de mensen.’’

‘’Jij gaat vaak te werk onder de naam ‘Bell Moods’. Waar komt die naam vandaan?’’

‘’Bell Moods is een gedicht, waar alle facetten van klokken voorbij komen. Klokken worden namelijk gebruikt voor de tijdsaanduiding, rouwdiensten, feestelijke gelegenheden, kerkdiensten en sfeermomenten. Deze vijf gelegenheden voor het klokkenspel zijn verzameld onder de naam ‘Bell Moods’. Ooit heb ik een rijdend carillon ontworpen. Dit carillon staat op een aanhanger en kan vervoerd worden waarheen ik wil. Zo heb ik ook wel eens in het stadhuis in Apeldoorn opgetreden met dat carillon. Dit alles heb ik verzameld onder de naam ‘Bell Moods’.’’

‘’Waar ben jij als ‘doorgewinterde beiaardier’ het meest trots op?’’

‘’Het allermooiste vind ik dat ik een eigen techniek heb ontwikkeld. Op de beiaardierschool leer je namelijk met je vuisten het instrument te bespelen, alleen klinkt hierdoor alles even hard. Het leuke aan het instrument vind ik juist dat je het ook heel zacht kunt bespelen. Mijn specialiteit is dat ik inmiddels ook met mijn vlakke hand of vingers kan spelen, waardoor ik het instrument ook heel zacht kan benaderen. Het leuke is dat jonge beiaardiers aan mij vragen hoe ik dat doe en de techniek willen overnemen. Dat is mijn specialiteit, waar ik ook trots op ben.’’

 

Meer lezen over stad

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!