In Beeld: Jeffrey de Grijs
Door Ben Eggermont
Jeffrey de Grijs is een fervent en geëngageerd freelance fotograaf. Daarnaast is hij in het dagelijks leven verantwoordelijk voor alle dienstverlening en key-accounts bij Keen Design (een ontwerpbureau), waarbij de focus ligt op het creëren van een zo optimaal mogelijke gebruikerservaring. In vaktaal User eXperience. Een rode draad in zijn maatschappelijke carrière.
Geboren: 16 januari 1971. Broers-Zussen: 1 broer. Verliefd, verloofd, getrouwd: Getrouwd. Meest trots op: Hoe mijn kinderen zich ontwikkelen in deze tijd. Raakt geïnspireerd door: Andere mensen. Hekel aan: Bureaucratie, vastgeroeste patronen. Is gek op: Vernieuwing, verandering, gadgets. Welk boek ligt er op je nachtkastje: Corbino’s Bijbel van Maarten Corbijn. Mogen ze je ’s nachts ergens voor wakker maken: Liever niet.
Wie of wat heeft je op het pad van de fotografie gebracht?
“Dat is echt van kinds af aan zo geweest. Begin jaren’80 kreeg ik het oude cameraatje van mijn moeder en daar ging ik in de vakantie mee fotograferen. Een kereltje van zo’n 13 jaar. Zo is de interesse ontstaan. Later is de interesse gegroeid omdat ik veel ging reizen met mijn vriendin, nu mijn vrouw. Ik vond het leuk om zo’n reis dan vast te leggen. Ik herinner me nog de eerste langere reis naar Nieuw Zeeland in 2001 met mijn eerste digitale camera, een Sony met 3,3 megapixel. Die zette ik terug naar 2,2 dan paste er meer foto’s op het stickie.
Het reizen heeft mijn fotografie echt groter gemaakt. Vanaf 2005, toen ons eerste kind werd geboren, zijn daar uiteraard veel foto’s van gemaakt. Veel later, in 2013, werd ik op mijn werk gevraagd of ik portretfoto’s wilde maken van de collega’s voor een smoelenboek, was heel leuk om te doen. Zo ben ik in de portretfotografie beland. In het reizen, de kinderen en portretfotografie is dus mijn fotografie ontstaan.”
Hoe heb je je het vak eigen gemaakt?
“Eerst vooral door te doen en aan de hand van de resultaten kijken wat ik kan verbeteren. Je gaat op zoek naar kennis in de bladen en op internet. Het doen is voor mij de weg om me te verbeteren. Daarnaast in 2008 de basisopleiding van de Fotovakschool in Apeldoorn gedaan. Met name om 3 dingen te leren: wat zijn RAW-bestanden en wat kun je ermee? Wat kun je allemaal met ‘colormanagement’ en hoe pas je dat toe? En wat komt er allemaal kijken bij het werken in een studio? Van daaruit heb ik mezelf steeds verder ontwikkeld. “
Je bent voorzitter van Apeldoorn Photo. Wat wil Apeldoorn Photo betekenen voor Apeldoorn?
“Sinds eind 2017 ben ik nu voorzitter van het nieuw gevormde bestuur. Samen met Jeroen Taalman heb ik een andere koers ingezet. We hebben verder gewerkt om Apeldoorn Photo als platform neer te zetten: naast het 2-jaarlijkse festival hebben we toegewerkt naar de bundeling van een aantal Apeldoornse activiteiten om de fotografie prominenter op de kaart te zetten; denk daarbij aan de Stadsfotograaf, het Fotocafé en het Museum. We bestaan 10 jaar en hebben 5 keer het festival georganiseerd. Door de pandemie was de 5de wel een heel aparte editie door alle beperkingen.”
Waar kan en mag Apeldoorn Photo trots op zijn?
“In 2018 hadden we echt een goed festival neergezet, zowel qua bezoekers en het aantal exposities. Een prima samenwerking in de stad met winkeliers, en ook een betere spreiding van de exposties in de stad. Verder meer verscheidenheid met masterclasses en films. Tof was de expositie van de Fotograaf des Vaderlands, Jan Dirk van der Burg. Daarnaast zijn we trots op de eerdergenoemde bundeling van de verschillende fotografie initiatieven in Apeldoorn. Zo worden we meer een platform dat verbindt en versterkt. Met trots hebben dit jaar de boekpresentatie van de Corbino Bijbel van Maarten Corbijn mogen doen met verschillende activiteiten. Verder zijn we trots op ‘onze eigen plek’ in de vorm van een online museum. Niet zomaar een online foto-expositie, maar een online experience met beeld, tekst en geluid.”
Wat zijn voor jou voorbeelden/iconen uit de wereld van de fotografie?
“Ik vind heel veel werk en fotografie interessant dus ook veel fotografen. Ik heb geen speciale voorkeur voor bepaalde iconen uit de fotografie. Als ik online naar fotografie kijk, volg ik vaak hashtags en groepen van type fotografie die mijn aandacht trekken. Binnen de reisfotografie vind ik Chris Burkard heel interessant. Bij natuurfotografen denk ik aan Frans Lanting, Jan Vermeer en Bas Meelker. De straatfotografie van de Deen Jonas Rask vind ik verrassend en consistent. Als het om portretfotografie gaat denk ik aan de Britse portret- en documentaire fotogaaf Platon.”
Wat kenmerkt je eigen fotografie en waar gaat je voorkeur naar uit?
“Ik doe veel portretfotografie in opdracht en dat vind ik heel fijn om meer te doen. Op dit moment ben ik – met een beetje vertraging- begonnen aan ‘Portretten van Apeldoorn’. Daarvoor fotografeer ik Apeldoorners op straat met een verhaal. Ik had al voorgenomen om meer op straat te fotograferen. Voorheen dacht ik: Ach, straatfotografie hoe moeilijk kan dat zijn? Na de workshop van de Canadees Ian MacDonald wist ik wel beter.”
Wat zijn voor jou kenmerken van een ‘goede’ foto?
“Uiteindelijk voor mij, gaat het om het gevoel wat een foto bij mij oproept. Dat kan verwondering zijn of verdriet, perfectie of wat dan ook. Het verhaal en de visie van de fotograaf. Mij interesseert het licht en de schaduw en de werking daarvan in de foto, technische perfectie is daaraan ondergeschikt.”
In het dagelijks leven ben je werkzaam op het brede terrein van de IT. Wat maakt dit werk voor jou interessant en boeiend?
“Ik werk al heel lang op het snijvlak van technologie, communicatie en organisatie. Wat mij in de IT altijd aantrekt, is dat het heel veel raakvlakken heeft. Techniek is niet een doel op zich, maar een middel. De brede toepassing van IT in verschillende industrieën en groei van het internet. De onbegrensde mogelijkheden spreken mij aan en deze nemen alleen maar toe. Ik rijd bijvoorbeeld nu in een auto met een batterij waarmee ik bijna 500 kilometer kan rijden, dat had ik 5 jaar geleden niet kunnen denken. In feite een grote computer op wielen.
Voorheen lag het accent voor mij aan de techniekkant en nu meer aan de menskant. In ons vak proberen we in het ontwerp echt vanuit de gebruiker te denken en minder vanuit de techniek. Het succesvolst zijn de bedrijven die hun innovaties weten te ontwikkelen vanuit de mens, het ontwerp, de techniek en de organisatieprocessen. Als je de menservaring ondergeschikt maakt aan de overige aspecten gaat het niet werken.”
Wat zijn volgens jou de uitdagingen/dilemma’s waarop de IT vandaag een antwoord moet geven?
“Als je naar IT kijkt wordt veel zaken ook steeds complexer. De uitdaging is deze complexiteit voor de gebruiker te verkleinen. De gebruiker centraal stellen blijft wel de uitdaging, zodat hij het wel blijft snappen. Vertrouwen is eveneens een aspect wat blijvende aandacht vraagt. Kun je partijen als Google en Facebook nog wel vertrouwen. Je bent als gebruiker veelal zelf het product en vaak is dan (data)privacy in het geding. Of zijn systemen niet altijd veilig. In veel gevallen weten mensen ook niet wat ze online precies doen en wat ze accepteren. Een andere uitdaging is de impact van AI (Artifical Intelligence), bijvoorbeeld in de vorm van ‘deepfake’ video’s.”
Wat was voor jou de impact van de coronapandemie op je dagelijks leven?
“Ik heb 100% thuisgewerkt en ik kon voor mijn werk prima online werken. Ik zat boven in een kleine ruimte te werken. Het was op zich goed te doen. Veel contact houden met je teamleden om te zien hoe het met ze gaat. Je had thuis iedereen om je heen. Het contact met je collega, even bij de koffieautomaat werd wel gemist. Dat kon toch niet goed worden opgevangen met het online alternatief.”
Hoe bewaar je de balans tussen zakelijk en privé nu de grenzen daartussen steeds verder vervagen?
“Ook al voor de corona kon ik onderweg naar huis al heel makkelijk afschakelen. In deze tijd probeer ik het door te blijven sporten en goed te bewegen met de bekende Ommetjes die we nog steeds doen. Zo kon ik de balans wel blijven bewaren.”
Wat zijn je plannen voor de toekomst: waar staat Jeffrey over 5 tot 10 jaar?
“Ik ben nooit iemand geweest die in dat soort termijnen nadacht en plannen maakte. Ik heb eigenlijk altijd gekeken naar wat ik leuk vind om te doen en of ik nog waarde toevoeg op de plek waar ik zit. Daarnaast wil ik altijd beter worden in wat ik doe. Zo ben ik altijd op plekken en in rollen gekomen die ik leuk vond. Ik heb trouwens wel bewondering voor mensen die wel volgens zo’n duidelijk plan te werk gaan. Voor mij was zo’n plan niet zo scherp en helder, en heb ik het gewoon losgelaten. Ik ben meer een generalist dan een specialist.”
Heb je naast werk en fotografie nog andere bezigheden die je leven verrijken?
“Ik doe in deze tijd regelmatig aan hardlopen, puur om in beweging te blijven en mijn conditie op peil te houden. Vroeger heb ik wel veel aan volleybal gedaan, ruim 10 jaar. Door studeren en werk is de teamsport een beetje weggevallen. Tuinieren vind ik daarnaast leuk om te doen. En als het weer kan reizen.”